Haagbeuk
Carpinus betulus
De haagbeuk is een inheemse, bladverliezende loofboom met een mooi ronde, gesloten kruin die tot 10 meter breed wordt. Bij oude exemplaren is de stam diep gegroefd.
De bladeren zijn ovaal, geribd en dubbelgezaagd. Ze lopen lichtgroen uit en worden later donkergroen aan de bovenkant en geelachtig aan de onderzijde. De herfstverkleuring is geel. De verdorde bladeren blijven een deel van de winter aan de takken hangen.
De bloemen zijn onopvallende katjes die verschijnen voor het blad. Haagbeuken worden pas op 20-jarige leeftijd vruchtbaar, dan verschijnen de nootjes die een lekkernij zijn voor vogels. De vruchtjes zijn lichtgeel, hangen in trossen en zitten opgesloten in een drielobbig, gevleugeld schutblad.
Door regelmatige snoei kan de kroon en de stam zich niet ontwikkelen en vormt zich een mooie haag. Het blad van de haagbeuk loopt een maand eerder uit dan het blad van de gewone beuk.
Eigenschappen
Belangrijke zaken om te weten
Waar plaatsen
Haagbeuk is weinig eisend, maar heeft een voorkeur naar lemige bodems. De bodem mag niet te nat zijn en hij is gevoelig voor bodemverdichting. Haagbeuk doet het ook goed in de schaduw.
Cultivars (Soorten)
Carpinus betulus 'Columnaris' is een langzaam groeiende, bolvormige haagbeuk met zeer compact groeiende vorm tot 5 m hoog; Carpinus betulus 'Columnaris Nana' is een heel compacte zuilvorm; Carpinus betulus 'Fastigiata' is een traaggroeiende zuilvorm met brede kegelvormige dichte kroon die tot 10 meter breed kan groeien.
Onderhoud
Een haagbeuk als haag ga je één maal snoeien in mei - juni en één maal eind augustus. Zo bekom je een mooie, compacte haag.
Een haagbeuk als boom vereist nauwelijks snoei. Vormsnoei pas je toe in de zomer.
Dit wist je nog niet:
De haagbeuk is geen familie van de beuk. Hij is familie van de Betulaceae waartoe ook de hazelaar en de berk behoren. Men veronderstelt dat de naamgeving verwijst naar het van oudsher gebruiken van de haagbeuk als haag.
